Zweefvlieg helpt hommels en bijen bij bestuiving

Zachtfruitgewassen zijn voor hun voortplanting afhankelijk van bestuiving door insecten. In de kas kunnen bijen en hommels echter wel wat hulp gebruiken. Door onder meer LED-belichting zijn ze in de winter namelijk minder actief, en kunnen ze zich minder goed oriënteren. De Business Unit Glastuinbouw en Bloembollen van Wageningen University & Research onderzoekt hoe zweefvliegen kunnen helpen bij het bestuiven van zachtfruit.

Sommige zweefvliegen zijn zeer geschikt om te bestuiven: zij leven van het stuifmeel op de bloemen. Bij andere soorten is de bestuiving een neveneffect van hun zoektocht naar bladluis. De insecten zijn commercieel beschikbaar en kunnen door de teler worden toegevoegd.

Als ze worden losgelaten in de kas, dan moeten de zweefvliegen wel de kans krijgen zo lang mogelijk te leven, en dus zo veel mogelijke bloemen te bestuiven met zo weinig mogelijk introducties. Dat is van een aantal zaken afhankelijk. Allereerst het voorkomen van andere gewassen. Een kas met alleen aardbei is een te eenzijdig menu voor de bestuivers. WUR onderzoekt daarom of het toevoegen van bloeiende planten - zoals het snelgroeiende boekweit - effect heeft op de populatie zweefvliegen.

Daarnaast wordt ook onderzocht welk lichtspectrum van LED-belichting ervoor zorgt dat vliegende insecten zich kunnen blijven oriënteren. Insecten zoals hommels en bijen hebben namelijk last van het rode licht: ze kunnen het niet waarnemen. Dit licht is echter zeer belangrijk voor het telen van gewassen. In het onderzoek wordt gekeken in welke mate de bijen, hommels en zweefvliegen worden beïnvloed door het lichtspectrum.

Het onderzoek naar het gebruik van zweefvliegen voor bestuiving van zachtfruit wordt gefinancierd door het programma Eureka Eurostars, de Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en de bedrijven Biobest en Polyfly. Het programma Kas als Energiebron financiert het onderzoek naar gedrag onder LED-belichting.

Bron: Wageningen U&R Business Unit Glastuinbouw

Deel artikel